Ik vind het vervelend om in een bus of trein te zitten met veel allochtonen.
I feel very distant from Belgians.
Ik voel me ver afstaan van Belgen.
I feel very distant from Moroccans.
Ik voel me ver afstaan van Marokkanen.
Below you will find a number of statements. Please indicate, for each statement, to what extent you agree or disagree.
Hierna wordt een aantal stellingen weergegeven. Zou u bij elke stelling aan willen geven in hoeverre u het hiermee eens bent?
There are many differences between me and Turkish people.
Er zijn veel verschillen tussen mij en Turken.
There are many differences between me and Moroccans.
Er zijn veel verschillen tussen mij en Marokkanen.
There are many differences between me and Belgians.
Er zijn veel verschillen tussen mij en Belgen.
There are many differences between me and Germans.
Er zijn veel verschillen tussen mij en Duitsers.
There are many differences between me and Surinamese people.
Er zijn veel verschillen tussen mij en Surinamers.
There are many differences between me and Antilleans.
Er zijn veel verschillen tussen mij en Antillianen.
There are many differences between me and Dutch people.